Eind jaren ’90 werkte Klink bij het energiebedrijf dat destijds de openbare gemeentelijke en provinciale verlichting verzorgde. Door de liberalisering van de energiemarkt werden energievoorzienende werkzaamheden afgestoten aan gemeentes. Zij waren op hun beurt enkel gewend om groen, wegen, water en bruggen te onderhouden en beheren. Klink vertelt: “Ik werd binnen de gemeente Utrecht aangesteld om invulling te geven aan het beheer en beleid van alle openbare verlichting. Tijdens congressen en bijeenkomsten ontmoette ik collega’s van andere gemeentes die in hetzelfde schuitje zaten. Zo is er een clubje ontstaan - in eerste instantie vanuit de gemeentes Dordrecht, Utrecht en Zoetermeer - wat door de jaren heen flink groeide. Iedere gemeente kende immers dezelfde vraagstukken”.
Het door Klink opgezette initiatief werd al snel omgevormd tot een eerste stichting: het Inter Gemeentelijk overleg Openbare Verlichting (IGOV). Ambtenaren die zich bezig hielden met openbare verlichting konden zich aansluiten om beleidsmatige en technische kennis met elkaar uit te wisselen. Onder het motto ‘als je zelf iets leert, ontdekt, ziet, snapt én begrijpt, verplicht je dat om het uit te leggen aan een ander’ richtte Klink niet veel later OVLNL op, zodat ook marktpartijen verwelkomt konden worden om opkomende innovaties in de verlichtingsmarkt sector breed te verspreiden.
Waar allereerst de focus lag op energiebesparing, volgde al snel energiezuinige lampen. “Inmiddels staat de overstap naar LED verlichting volop in de schijnwerpers. Als adviseur openbare verlichting maak ik voor de Gemeente Utrecht verlichtingsadviezen en -ontwerpen, welke onze beheerder vervolgens overneemt. Het verledden van gemeenten is een grote opgave, die ik hierdoor ook zelf herken. Naast economische voordelen biedt LED ook maatschappelijk en onderhoud technisch gezien pluspunten. Of wat dacht je van het effect van licht op de natuur? Met LED kun je het licht veel beter sturen naar de locatie(s) waar je het wil hebben. De technologie is de afgelopen jaren zo sterk verbetert, dat je geen excuus meer hebt om de overstap niet te zetten”, legt Klink uit.
Volgens hem kiezen gemeenten het beste voor een verstandige invoering. “In de jaarlijkse openbare verlichtingsmonitoring van OVLNL zien we weinig drempels rondom verledding, terwijl het proces stagneert. Met name het aanbestedingsplan is een flinke dobber. Waar men vroeger de huisaannemer kon vragen een offerte op te stellen en uit te voeren, worden nu jaarplanningen en circulaire aanbestedingen inclusief levenscyclusanalyses en social return on investment verwacht. Dat maakt het alles behalve gemakkelijk.”
Geld is daarentegen volgens Klink het probleem niet. Hij legt uit: “Gemeenten kunnen verledding gemakkelijk terugverdienen. Het is echt de complexiteit van de aanpak wat zorgt voor de grootste drempel richting de functionele specificaties. Als OVLNL zijnde geven wij hierin geen advies, maar beschrijven we situaties waar gemeenten lering uit kunnen halen. Op dit moment werken we aan een publicatie rondom inkoop en aanbesteding van openbare verlichting. Naar aanleiding van de door de Tweede Kamer aangenomen motie (alles LED in 2028) is er namelijk enige discussie ontstaan binnen gemeentes over de toepassing ervan. Gaat het over snelwegen en rijksgebouwen, of over alle openbare verlichting in Nederland? Gemeentes zijn verantwoordelijk voor straatverlichting, maar beheren ook sportaccommodaties of een kerk bijvoorbeeld”.
Terwijl netbeheerders last hebben van netcongestie, ziet Klink in de overstap naar LED mogelijkheden om het energieverbruik van gemeenten zo efficiënt mogelijk af te nemen. “Natuurlijk moet het energienet uiteindelijk verzwaard worden. In de tussentijd helpen alle kleine beetjes, ook openbare verlichting middels LED technologie.” Het gemeentelijke energieverbruik voor verlichting is immers groot. OVLNL deelt zoveel mogelijk kennis over LED om bewustwording te creëren en gemeentes op weg te helpen, zodat zij weten welke stappen er te zetten zijn.
Dezelfde motie zorgt ervoor dat OVLNL graag wil meten én weten wat de huidige stand van zaken is. Op de achtergrond wordt daarom al langere tijd gewerkt aan een openbare verlichtingsmonitor, welke de verledding van heel Nederland weergeeft. “Het prototype werkt en laat zelfs op straatniveau zien welke gemeenten de overstap naar LED hebben gezet. Vanuit een nationale database willen we de huidige stand kunnen tonen om te zien en volgen of we onze doelen gaan halen, of niet. Het is nu vooral een kwestie van de puntjes op de i, waarna we de tool bekend kunnen maken en een aantal eerste gemeenten zullen benaderen om met hun data de tool te vullen met gegevens”, aldus Klink.
De monitoringstool is puur informatief, zodat gemeenten data met elkaar kunnen vergelijken en van elkaar kunnen leren. Als ultiem doel werkt Klink naar een nationale taskforce, waarmee hij indruk hoopt te maken op ieder niveau: van ambtelijk tot uitvoerend. “Ik hoop dat er de komende jaren steeds meer gemeentes zullen zijn die op LED overstappen of hun intentie hiervoor uitspreken. Onze publicatie rondom inkoop en aanbesteding van openbare verlichting zal hen hierin begeleiden. Met de initiatiefnemers van de Met LED kan het campagne kunnen we vanuit licht technische kwaliteit samenwerken om dit doel te bereiken”, sluit hij vastbesloten af.
Wil jij als één van de eersten de OVLNL publicatie rondom inkoop en aanbesteding van openbare verlichting ontvangen? Meld je dan aan voor de nieuwsbrief van Met LED kan het, dan houden we je op de hoogte.